Al dertig jaar lang is Van Eeden bezig met tekeningen. Vaak in zwart-wit; met houtskool, potlood of krijt als materiaal. Meer dan eens zit er een verhalend element in, gebruikt hij tekst naast beeld, en heeft het iets weg van een graphic novel. Voor zijn onderwerpen kiest hij geregeld voor een raadselachtige en obscure inslag. De kunstenaar werkt aan de hand van gevonden beelden en alleen met fotomateriaal van voor zijn tijd. Van Eeden noemt dit een onderzoek naar het niet-bestaan. Hij vindt het interessant hoe een levend organisme zich kan bezighouden met het niet-leven. Dit is voor hem als een droom.
Van Gogh achterna
In 1881 verhuisde Vincent van Gogh naar Den Haag vanwege het gunstige kunstklimaat en kreeg een betaalde opdracht van zijn oom Cor. Deze vroeg hem een aantal stadsgezichten te maken. Van Gogh maakte toen onder andere de tekening Gasfabriek. Zijn eerste betaalde opdracht en vooruitstrevend in de kunst, omdat kunstenaars niet vaak het onderwerp industrie uitkozen. Een houtdruk van Gustave Doré, over de ellendige omstandigheden in een Londense gasfabriek, had hem geïnspireerd. Van Gogh wilde een vergelijkbaar onderwerp zoeken in Den Haag.
Van Eeden komt zelf uit de Hofstad en zijn appartement ligt vlakbij het terrein waar de gasfabriek ooit heeft gestaan. Nu is alleen nog het kantoorgebouw overgebleven en ligt er een stadspark. Bij de voorbereiding voor deze tentoonstelling heeft hij een grondig vooronderzoek gedaan. Dit wordt ook vertoond bij de expositie. Er zijn krantenknipsels uit het jaar 1882, archiefmateriaal over de gasfabriek, achtergrondinformatie over de tekening van Van Gogh en hij heeft een fotoserie gemaakt op de plek waar de gasfabriek stond. Bij het onderzoek worden parallellen met vandaag getrokken over gas als brandstof en Rusland als agressor richting Europa.
Droom wordt nachtmerrie
De expositie bevat naast het onderzoek zes grote houtskooltekeningen. Deze zijn geconstrueerd vanuit archiefbeelden van de fabriek en Van Eeden heeft er een geheel van gemaakt. Ze lijken op ansichtkaarten waar het jaartal en locatie op zijn gekrabbeld; als een bericht – en misschien wel waarschuwing – uit het verleden. In een begeleidend filmpje vertelt de kunstenaar dat zijn tekeningen een droomachtig karakter hebben door de zwarte kleuren en omdat het formaat je de mogelijkheid geeft om het werk ‘in te stappen.’
Ook de foto’s uit zijn onderzoek ademen een droomachtige sfeer, mede door de, wollig-makende, fototechniek gomdruk. Samen met de grote houtskooltekeningen creëren ze een onpasselijke droom waar het onheil achter elke hoek kan schuilen. Waar hij ons, net als Van Gogh, laat nadenken over de gasindustrie, en de consequenties die hier aan vastzitten.
Langlopend verhaal
Gezien de hoeveelheid beelden die Van Eeden normaal altijd maakt, smaakt de tentoonstelling echter wel naar meer. Alsof dit de start is van een langlopend verhaal dat over meerdere decennia uitgesmeerd kan worden. Wellicht in dezelfde tijdsspanne dat de mensheid van het gas af wil komen.
Marcel van Eeden houdt ons een spiegel voor over de huidige politieke situatie en de energieproblemen die hieruit ontstaan en doet dat in een interessante dialoog met één van Nederlands grootste kunstenaars.
De tentoonstelling ‘De Haagse Gasfabriek: Van Eeden & Van Gogh’ is nog te zien tot en met 12 maart in De Mesdag Collectie in Den Haag.